Ali komt zijn bed uit, hij kleedt zich aan en gaat naar de badkamer om zijn tanden te poetsen. Hij knijpt de tandpasta uit zijn tube op de tandenborstel. Wanneer hij dit gedaan heeft, loopt hij naar de keuken, waar zijn moeder zijn ontbijtje klaar gezet heeft.

Hij eet een boterham met kipfilet en boter. Als hij klaar is zet hij zijn bordje in de vaatwasser en kijkt hij nog eventjes televisie. Tot zijn moeder zegt dat het tijd is om naar school te gaan. Hij trekt zijn schoenen en jas aan. Pakt zijn gymtas, want vandaag gaat hij weer gymmen! Hij heeft zijn moeder een kus en gaat naar school.

Wanneer de bel gaat rent hij naar zijn klas, juf Suus staat al bij de deur om iedereen een handje te geven. Op het digibord ziet hij een afbeelding met heel veel plastic in de zee. Wanneer de tweede bel gaat, zit iedereen op zijn plek en begint juf Suus de dag.

Juf Suus vraagt iedereen zijn of haar wisbordje te pakken en op te schrijven hoeveel plastic alle leerlingen vandaag al gebruikt hebben.

Ali denkt na, ‘heb ik vandaag plastic gebruikt?’, hij denkt van niet en schrijft op zijn wisbordje “NIKS”. Wanneer de wisbordjes omhoog gehouden moeten worden blijkt dat de hele klas denkt dat zij geen plastic gebruikt hebben.

Juf Suus zegt: ‘dan betekent dat niemand zijn tanden gepoetst heeft vandaag’. De leerlingen schrikken. ‘IEL’, zeggen de leerlingen.

Plastic gebruik je eigenlijk elke dag, zonder erbij na te denken. Maar eigenlijk is al dat plastic helemaal niet goed voor het leven in onze zeeën. Hoe komt dat plastic daar eigenlijk?