WEBKWESTIE PLASTIC SOEP

De informatie haal je van het internet en de internetsites die je hiervoor gebruikt staan onder het kopje: “Informatie bronnen”. De vragen maak je in een worddocument en als je alle vragen beantwoord hebt, dan laten jullie dit controleren door de juf. Een ja of nee is geen goed antwoord, je moet het antwoord goed uitleggen.

Vragen deel 1:

1. Schrijf allereerst op wat het woord 'plasticsoep' bij jullie oproept. Wat is het? Wat gebeurt er?
2. Is dit gevaarlijk? Waaraan kun je dat zien? Kun jij dat aan een ander laten zien?
3. Hoe ziet de zee er uit als er geen plastic in zou drijven? Met wat voor voorwerp zou je de plasticsoep kunnen vergelijken?
4. Zijn er acties voor deze plasticsoep? Wat denk jij, heeft dit effect?
5. Hebben alleen zeedieren te maken met deze plasticsoep? Of hebben mensen hier ook mee te maken? Waarom?
6. Wat kun je doen voor de plasticsoep? Hoe kan JIJ iets betekenen?

Vragen deel 2:

1. Waarom zijn mensen plastic gaan maken?
2. Waarom gebruiken de mensen plastic? (noem minimaal 2 voorbeelden)
3. Waarom noemen we de plasticsoep eigenlijk plasticsoep?
4. Gebruikten de mensen vroeger ook zoveel plastic? Sinds wanneer bestaat plastic?
5. Hoe weten we dat het plastic overal ter wereld terecht komt?
6. Op welke manieren brengt plastic schade toe aan dieren in de zee?
7. Wat kan JIJ zelf doen om minder plastic te gebruiken?
8. Noem van minimaal 5 producten de levensduur (plastic producten).

Pak een Bosatlas en het opdrachtenblad dat de juf heeft uitgeprint of dat je hier kunt downloaden.

Zoek in de Bosatlas op waar de grootste draaikolken (en dus plasticsoepen) zijn en kleur deze rood.

Kleur vier ontwikkelingslanden (de landen waar het meeste plastic op straat wordt gegooid).

Ga verder naar werkwijze